Caius Plinius Secundus
Gaius PLINIUS Secundus werd geboren in Comum, in het Noorden van Italië. Hij was de zoon van een rijke
grootgrondbezitter, L. Caecilius Cilo, die stierf toen de kleine Caecilius nog heel jong was. Na de dood van
vader namen moeder en zoon hun intrek bij een oom, C. Plinius Secundus, die tijdens de onzekere jaren van
Nero's bewind Rome had verruild voor het rustige Comum. Daar wijdde hij zich geheel aan studie en aan
wetenschappelijk werk.
Na de dood van Nero in 68 keerde de familie terug naar Rome, waar oom een vooraanstaande rol ging
spelen in het bestuur van het rijk. Zo was hij in 79 vlootcommandant van het vlootstation in Misenum (bij
Napels), toen zich de historische uitbarsting van de Vesuvius voordeed. Zijn zuster en haar toen
zeventienjarige zoon maakten van nabij mee, hoe oom Plinius een hulpactie op touw zette en daarbij om het
leven kwam. Bij testamentaire beschikking werd neef Plinius geadopteerd en hij werd naar zijn overleden
oom genoemd: C. Plinius Caecilius Secundus. Later werd oom ook aangeduid als Plinius Maior, ter
onderscheiding van zijn neef Plinius Minor. Overigens kreeg Plinius (Minor) niet alleen de náám van zijn oom;
ook diens bezittingen werden zijn deel. Met het vermogen van zijn vader en dat van zijn oom, was Plinius op
jeugdige leeftijd al zeer rijk.
Zoals gebruikelijk in de hoogste kringen, kreeg Plinius een veelzijdige opvoeding. In Rome bezocht hij een
(Griekse) retorenschooi, hij volgde de lessen van Stoïsche filosofen en hij werd student van Quintilianus,
de beste leraar in de retorica die Rome in die dagen had.